Ja klopt, ze is klein

Hoe vaak ik dit de afgelopen week wel niet gezegd heb, is niet op één hand te tellen. Mijn peuter wordt bijna vier en gaat dus ook bijna naar school. En ja, ze is klein.

In het ouderschap lijkt het altijd wel een dingetje te zijn. Tegen forse baby’s wordt luidkeels “Wow! wat is hij groot!” gezegd, en tegen smalle en kleine poppetjes van bijna vier “Wow, wat is ze klein!”.

Het gaat niet bewust, daar ben ik van overtuigd, ik hoor het zo uit mijn eigen mond floepen. Maar nu ik het tig keer gehoord heb de afgelopen tijd begin ik er een beetje gefrustreerd over te raken.

Verbazende blikken en de vraag “is ze echt bijna vier, ze is nog maar zo klein?” met vraagtekens in de ogen. Ja ik sta je niet te fucken, ze is gewoon écht bijna vier!

Het is niet eens zozeer dat ik me gekwetst voel (tenzij je gaat zeggen dat ik haar meer te eten moet geven ofzo), maar mijn bijna kleuter heeft ook oren. En de afgelopen tijd heeft ze “wat is ze klein” iets te vaak gehoord.  Lees meer

9 dingen waar je na een derde je niet meer zo druk over maakt

vader en kind

Wanneer je voor het eerst moeder wordt, ben je een newbie die angstvallig alles perfect wil doen. Alles wat er rondom je kleintje gebeurt is belangrijk en terecht, zo moet het ook zijn. Naarmate je meer kinderen krijgt, verdwijnt dat angstvallige een beetje en leer je door de jaren heen om los te laten.

Het is niet zo dat je het niet meer perfect wíl doen, maar je weet dat je niet alles perfect kán doen. Een groot verschil.

Hier 9 dingen waar ik me na een derde niet meer zo druk over maakte.

1. Een gigantisch eerste verjaardagsfeestje vieren.

Bij mijn eerste kleintje was ik al maanden in mijn hoofd bezig met haar eerste verjaardag. Welk cadeau gingen we haar geven? Welke taart moest er komen? Welke activiteiten konden we doen (ja serieus, ik dacht aan activiteiten). Hoe moest de uitnodiging eruit komen te zien? Welk outfit ging mijn kleintje dragen? Tjongejonge, wat maakte ik mij druk.

Bij mijn derde realiseerde ik me dat ze een week later 1 jaar zou worden. Holy shit! Wat voor cadeau moeten we nu weer kopen, er ligt al zoveel zooi. We sturen wel een mailtje rond en zien wel wie er komen. Taart? Gewoon bij de Hema halen. Het outfit? Wat er bovenop de gewassen stapel ligt. Activiteiten? Whahahahahaha – hahahahaha.

Lees meer

Moestuin kweken. Ongeschikt.

Je ziet de fotootjes van de ah moestuintjes overal weer op-poppen. Alle mama’s en andere enthousiastelingen gaan er weer helemaal voor. Bij de één springt het groen er nog harder uit dan bij de ander. Albert Heijn heeft een jaar geleden wat losgemaakt bij het Nederlandse volk en de gekte gaat nog even door.

En ik krijg flashbacks van iets wat ik verdrongen had. Flashbacks van beschimmelde potjes. Flashbacks van bakjes aarde waar niets anders dan onkruid uitschiet. Flashbacks van teleurgestelde koppies, want waar blijven die aardbeien nou?

Laat ik voorop stellen; ik vind de spaaractie van Albert Heijn fantastisch. Het is groen, het is leerzaam (kinderen leren over het groeiproces van groente en fruit) en het kan ook heel nuttig zijn (als je uiteindelijk oogsten kunt).

Oké, ik heb iets andere ervaringen. Bij mij werd er buiten de schimmel om niets groen. Leerzaam was het zeker, ik ben ongeschikt en dat is heel nuttig om te weten.  Lees meer

Beste opa’s en oma’s… Stop hiermee!

Ik weet het, ik was geen makkelijke puber en als kind heb ik ook heel wat kattenkwaad uitgehaald. Ik heb snoepjes uit de trommel gepikt. Ik heb niet altijd naar jullie geweldige adviezen geluisterd. Maar lieve opa en oma van mijn kind, jullie hoeven mij daar nu niet voor terug te pakken. Het is geen payback time. Toch?

Laatst hadden we weer eens een familieweekend. Zo’n weekend gezellig met z’n allen bij elkaar. Opa, oma, broers en zussen en natuurlijk, het grootste trots, alle kleine nakomelingetjes. Tijdens zo’n weekendje probeer je bepaalde dingen los te laten. Je weet het, het is maar een weekend, laat het gaan, laat het losssss.

Zoals bij de supermarkt op het park, waar ik samen met oma snel even wat boodschapjes zou halen voor de lunch. Mijn kleintje wilde persé met oma mee, ik probeerde het nog tegen te houden.  Maar je kent het, oma zegt geen nee. Ik wist natuurlijk al lang dat het geen goed idee was en dat we dat ‚even snel boodschapjes halen’ wel konden vergeten. Maar goed, oma zei ‚ja’ en dus had ik even niks meer te vertellen.  Lees meer

Ik ga niet met jullie spelen!

Soms zijn er uitspraken die je beter niet kan doen als moeder. Gewoon om jezelf te beschermen tegen de perfecte moedersclub. Zo kun je beter niet zeggen dat je die koters af en toe spuugzat bent. Of dat je je kinderen weleens voor een minuut of 10 alleen thuis laat. Of dat thuisblijfmoeder zijn géén baan is.

Of… Nou ja, je snapt het punt. Of niet.

En zo is er nog een uitspraak; Ik haat spelen met mijn kleintjes.

Nou ja, haat, haat. Ik vind het gewoon echt niet zo leuk.

Ik zoek ook altijd excuses.

“Mam, zullen we schooltje spelen?”
“Ja, maar ik moet eerst even de vaatwasser uitruimen” 

Zei ik nou serieus ja? Ik weet zelf eigenlijk al dondersgoed dat het antwoord ‘nee’ had moeten zijn. Nou ja, hopelijk gaat ze zelf lekker schooltje spelen en is ze zo vergeten dat ik mee zou doen.

“Mam, ben je al klaar?”
Shit! “Nee, ik moet ook nog even de was opvouwen” 

God, wat ben ik slecht! 

Soms dan ben ik wel in de stemming. Dan bedenk ik iets creatiefs, knutselen met schoenendozen, een theekransje met alle poppen of het bouwen van een LEGO kasteel. Maar eigenlijk is het altijd mijn bedoeling dat ik ze een zetje geef en dat ze er vervolgens zelf, rustig en lief, de rest van de middag mee gaan spelen. Zonder mij.

Vandaag was ook weer zo een dag. Mijn kleintjes hebben meerdere malen gevraagd of ik een spelletjes met ze wilde spelen.

“Oké, ik kom eraan, ik moet eerst nog even naar het toilet.” (Een kwartier naar m’n telefoon staren.) En slecht als ik ben, weet ik dat ze het niet klaar zullen zetten, maar ze gaan weer wat anders doen. Ik ken mijn kleintjes.

Een uur later wordt er nog eens gevraagd, “Mam, zullen we dat spelletje nog eens doen?” En dan komt het schuldgevoel toch teveel opborrelen en beginnen we aan het spelletje.

Potverdorie, het zijn mijn kinderen. Ze hebben het meerdere malen gevraagd. Ze verdienen het om een spelletje met hun moeder te spelen. Ik moet dit nu gewoon doen. En doen alsof ik het leuk vind.

Wat ik eigenlijk zou willen doen is weggaan. Alleen. Zonder de kinderen. Even winkelen ofzo. Of gewoon ergens warme koffie drinken. Zonder dat er tegen me gepraat wordt. Zonder een spelletje te moeten spelen.

Ik speel het spelletje mee en mijn kleintjes zijn enthousiast. Razend enthousiast. “Mama gaat meespelen, jeej!” De schatjes zijn door het dolle, alleen maar omdat ik met ze mee ga spelen. Hoe moeilijk kan het zijn om je kleintjes blij te maken? En toch irriteer ik me mateloos tijdens dat spelletje Muizenval.

Het ene kind blijft maar tetteren en tetteren over wie er mag beginnen, wanneer en hoe. De volgende stoot het hele muizenval constructie met zijn onhandige bewegingen om. En de peuter, die persé mee moest doen, is totaal niet geconcentreerd en gefocust, maar gaat volledig haar eigen weg met het muisje.

Mijn haren gaan overeind staan en ik bijt op mijn tong om maar niet onwijs onaardige dingen te gaan roepen.

Ik ben hier zo slecht in. Ik heb hier zo geen zin in. En ik zeg het tegen mezelf, keer op keer. Blijf rustig. Blijf geduldig. Blijf lachen. Het is maar een spelletje.

Het enige wat ik nu nog kan hopen, is dat mijn kleintjes het mij zullen vergeven en over een jaar of 50 gezellig een spelletje met mij willen spelen.


Afbeelding: Shutterstock

Ik ken een moeder die haar kinderen inent, of toch niet?

Ik weet het. Het is niet netjes om te oordelen. Maar soms moet je het gewoon even kwijt.

Ik ken namelijk een moeder die haar kleintjes inent! Elke keer is ze weer in dilemma of ze het nou wel of niet goed doet.

In het begin bemoeide ik me er niet zo mee, ik wist er ook nog niet zoveel van. Maar hallo, zíj krijgt toch een kind. Verdiep je er gewoon een beetje in denk ik dan. Hoe moeilijk kan het zijn.

Nee hoor, kleintje één en ook kleintje twee krijgen gewoon al de prikken die je kan bedenken in hun prille bestaan. Als ik er over nadenk, krijg ik er kippenvel van. Wie doet dan nou? Dat je je kleintje inent, tot daar aan toe. Maar wéét op zijn minst wat je aan het doen bent. Of stel het wat uit. Want wie heeft er nou een tetanus vaccinatie nodig met twee maanden? Alsof je een baby met een open wond de modder in gooit… Koekoek.

Maar goed, deze moeder heeft zich er gewoon niet in verdiept. Iedereen doet het toch? Dat zal wel goed zijn. Wat weet ik er nou van? Serieus? Wat weet ik er nou van? Over de outfit van d’r kleintjes denkt ze nog langer na.  Lees meer

Thuisblijfmoeders, laten we het daar weer eens over hebben

Na een weekje schoolvakantie heb ik weer in levende lijve gevoeld hoe het is om thuisblijfmoeder te zijn. Thuisblijfmoeder van drie kleintjes, en ja dat is in de vakantie wel even anders dan wanneer er twee op school zitten. Ik zal eerlijk zijn en niet teveel klagen want een weekje is echt goed te overzien en thuis zijn bij de kleintjes heeft zo zijn voordelen.

Maar ja, zoals je weet, elk voordeel heeft zijn nadeel. En geloof me, het leven van een thuisblijfmoeder is niet zoals in de film. We lopen niet met een big smile in onze hardloopbroekkies, we gaan niet winkelen wanneer het ons uitkomt en de kinderen spelen niet altijd braaf en lief met hun popjes en autootjes.

Lees meer

poepen

Holy SHIT

Ja, letterlijk holy SHIT. Daar ligt ‘ie dan… de grote bruine slang! Hij kijkt me aan alsof ie wil zeggen: “gna gna, heb ik me toch mooi 4 dagen voor je verborgen”.

“Pfffff”, zeg ik tegen mijn peuter, “je zult wel opgelucht zijn?”

Want man, dat moet me toch pijn gedaan hebben. Die bruine slangen zijn soms net zo groot als mijn peuter zelf (oké, niet helemaal, maar echt… ENORM)! Wij als volwassenen krijgen dit bij lange na niet geproduceerd, en die enkeling die dat wel lukt! Nou, ik kan me voorstellen dat je ermee op de foto gaat en het trots aan de wereld presenteert!

En trots is hij! Trots dat ‘ie weer een bruine slang heeft geproduceerd! Trots dat ‘ie niet door te trekken is! Trots dat ‘ie zich toch wel beter voelt! Zo trots dat ‘ie papa direct moet bellen en ook oma ontkomt er niet aan. Zelfs de dag erna is het eerste wat ‘ie zegt bij binnenkomst op het kinderdagverblijf: “Ik heb een grote bruine slang gedaan op de WC”  Lees meer

Geef nooit op! Oké, stop er maar mee…

Ooit riep ik heel hard: “Mijn kleintjes gaan eerst hun zwemdiploma halen en dan zien we wel verder.” Dat zwemdiploma vond ik gewoon het belangrijkste, dat was een must. Dat vind ik overigens nog steeds, maar het woordje eerst is komen te vervallen.

Inmiddels heeft mijn oudste kind haar zwemdiploma, maar er ook al een aantal clubjes op zitten. De kleuter is nog bezig met het halen van zijn zwemdiploma en gaat naar KungFu les, en ik denk dat voor de peuter balletles wel erg leuk zal zijn…

Geen volhouder

Nee, aan het regeltje ‘eerst zwemdiploma’ kon ik me niet houden. Ik ben blijkbaar niet zo een volhouder. En mijn 7-jarige heeft dat trekje een beetje van mij overgenomen. Ook zij is niet zo een volhouder.

Ze zat op blokfluitles en ze stopte er mee. Ze snapte er, naar eigen zeggen, geen bal van! Ze zat op KungFu en ze stopte ermee. Ze houdt namelijk niet van ‘vechten’. Ze zit op turnen en het liefst stopt ze er mee, ze wordt er namelijk zo moe van.

Slap ouderschap

En ik liet het gebeurenik liet haar stoppen met haar clubjes. De maatschappij zal het misschien bestempelen als ‘slap ouderschap’,  maar het kan mij vrij weinig schelen wat de maatschappij ervan denkt, ik heb er mijn redenen voor.

Ik zie het meer als proberen, mijn kinderen proberen iets om te kijken of ze het leuk vinden en of ze er misschien een beetje talent voor hebben. Ze verkennen de mogelijkheden van zichzelf en van de wereld. Ze gaan op onderzoek uit, ze ondernemen, ze proeven van allerlei smaken totdat ze de juiste smaak te pakken hebben. Of zo.

Loslaten wat niet gelukkig maakt

En ja, daar hoort opgeven en loslaten wat niet gelukkig maakt ook bij. Niets mis mee. Denk ik. 

En hoezeer ik ook graag ‘geef nooit op’ stimuleer, ben ik ook heel makkelijk in het zeggen ‘oké, stop er maar mee’. Want uiteindelijk, als ze iets echt niet leuk vinden, vinden ze het ook echt niet leuk.

En zo is het, nu stop ik.


Afbeelding: Shutterstock

Had ik maar het lef van een peuter

Eigenlijk is het best jammer dat we onze kleintjes opvoeden, want soms is opvoeden ook een beetje africhten. Bepaald gedrag willen we uit die kleine tere zieltjes halen omdat het niet gewenst gedrag is; brutaliteit, drammerigheid, egoïsme en soms zelfs ook creativiteit.

Als ik nu naar mijzelf kijk, als ‘volwassene’ (wat dat ook inhouden mag) zou ik willen dat ik soms wat meer brutaliteit, drammerigheid, egoïsme en ja ook creativiteit zou hebben. Nu beland ik af en toe in situaties waar ik (tenzij ik een paar wijntjes teveel op heb), beleefd en sociaal ben terwijl ik ondertussen op mijn tong moet bijten van frustratie.

Een peuter houdt over het algemeen geen rekening met gewenst gedrag, een peuter doet gewoon schaamteloos waar hij zin in heeft zonder zich ook maar druk te maken over wat zijn omgeving ervan denkt.

Bijvoorbeeld als een peuter zichzelf aankleedt. Waar wij (de meesten van ons) ‘volwassenen’ ons druk maken over mode, trends en wat anderen ervan vinden, trekt een peuter aan wat hij mooi vindt of lekker vindt zitten. Oké, voor mezelf lukt het niet altijd om een beetje toonbaar het huis te verlaten, denk aan een haastige maandagmorgen, maar dan ben ik me ervan bewust dat ik er als een Godzilla uitzie en probeer ik zoveel mogelijk bekende gezichten te ontwijken.  Lees meer