column rommel moeder

Val niet op je kanis

Ik kijk om me heen en ik vraag het me serieus af… Waar komt al die zooi vandaan? Had ik niet een uur geleden de hele vloer leeggemaakt? Wat doet die hoop zand daar? En die papiertjes?

Ik kan wel janken. Echt. Ik wíl het wel schoon en netjes houden, maar het is gewoon niet haalbaar. Echt niet.

A4’tjes, speelgoed, stoeltjes, plakband, halve spelletjes, etensresten, noem maar op. Mijn huis is er het voorbeeld van dat opruimen met kleintjes in de buurt een onmogelijke taak is. Is het een keer opgeruimd, dan is dat voor een korte tijd. Een zéér korte tijd. Want zodra die kleine gremlins door mijn woning stormen, maken ze binnen no time een nog grotere bende dan voor ik begon met opruimen. O ja, en dat noemen ze dan spelen. 

Lees meer

Ze ratelen maar door en door en door…

Gisteren had ik een koffiedate in een stad verderop. Aangezien ik geen auto heb, ben ik aangewezen op het openbaar vervoer. Ambitieus en vol vertrouwen nam ik mijn drie kleintjes mee op sleeptouw. Ik dacht bij mezelf ‘dit kan ik, ik ben een goede moeder. En bovendien als we niet thuis zijn, wordt het ook geen bende in huis’.

Ik weet het, ik ben een denker. Hoewel ik even de hond vergeten was, die een leuk rieten mandje naar de filistijnen heeft geholpen. Ander verhaal.

Hoe dan ook, we gingen met de bus naar Haarlem. Naar een leuk koffietentje waar ik met een heerlijk bakkie kon genieten van een goed gesprek en waar de kleintjes ondertussen konden spelen in de gigantische speelhoek.

We hadden een fijne middag maar aan alle leuke dingen komt een einde en zo gingen we weer richting huis. In de bus op de weg naar huis realiseerde ik mij iets. Iets wat ik theoretisch al heel lang wist, maar wat je één keer in de zoveel tijd in de praktijk ervaart: mijn kinderen ratelen maar door en door en door… Die kleine bekkies stoppen nooit, nooit, maar dan ook NOOIT met praten. 

Ja, als ze iemand een beleefd antwoord moeten geven, dan kunnen ze opeens doen alsof ik ze nooit heb leren praten.

Maar buiten dat is het altijd een stortvloed van woorden die er op mij afgevuurd wordt.

“Mama, Brams opa is Sinterklaas. Wel jammer voor Bram, dan ziet hij hem maar één keer per jaar.”

“Mama, wat gaan we eigenlijk doen?”

“Mama, ik heb honger.”

“Mama, wie zijn al deze mensen in de bus?”

“Mama, wat is dat geluidje?”

“Mama, wat gaan we doen?”

“Mama, mijn onderbroek zit niet lekker.”

“Mama, hoe groot is de zon eigenlijk. Hij is groter dan de wereld. Wie is er groter dan de wereld? Zijn wij groter dan de wereld? Papa is groter dan de wereld.”

“Mama, ik moet plassen.”

“Mama, ik denk dat die meneer nieuwe schoenen moet kopen.”

“Mama, waar gaan al deze mensen naartoe?”

“Mama, waarom weet je dat niet?”

En door en door en door en door en door… En ook thuis gaat het door.

Mijn hemel! Echt stop even met praten! Even-niet-praten. Één minuutje. Kan dat?

Nee dat kan niet. Ze zijn meedogenloos. Ze nemen niet eens de tijd om adem te halen. Het praat alleen maar. Of jankt. Of piept. Of zingt. Maar er is al-tijd geluid.

Ik vind het gezellig om met ze te kletsen. Ik vind het leuk om met ze te kletsen. Ik hoor graag wat ze te zeggen hebben. Maar na driehonderd keer “Mama, wat gaan we doen?” of  “Mama, waarom weet je dat niet?” en “Mama, ik moet plassen / ik heb honger” ben ik moe van het luisten naar al dat gepraat en worden míj́n antwoorden steeds korter.

Ik wou dat ik het talent van de man had. Hij kan naast ze zitten en letterlijk het geluid het ene oor in en het andere oor weer uit laten glijden. En ik heb het geprobeerd. Het negeren. En dat bracht mij in de volgende situatie. Met de peuter. Ja echt, met de peuter.

“Mama, mama, mama, mama, mama, mama”

“Mama, hoor je me niet ofzo?”

“Jawel, maar ik probeer je te negeren”

“Kun je me dan even hier komen negeren?”

Dus.

Ik weet het, als mijn kinderen het huis uit zijn zal ik het geratel missen.

Zal het echt?


Afbeelding pratende meisjes: Shutterstock
Update 2015/2023

ruim je kamer op

Ruim je kamer op!

Ik hoor mijn moeder het nog zeggen. Ruim nou eens je kamer op. Jaja, ik ruim mijn kamer op, dacht ik dan.

Vervolgens ging ik naar boven, naar mijn kamer. Waar ik mezelf in de spiegel zag en dacht, ik ga even een leuke staart in mijn haar maken. Of ik doe even een leuk dansje. Een leuk dansje is nog leuker in dat ene jurkje en dus trek ik nog een stapel uit mijn kast, want het leuke jurkje waarin ik dansen wil voor mijn spiegel, ligt onderop. Hmmm, het is wel heel veel werk om die stapel netjes te krijgen, ik leg het wel even op de grond…

De geschiedenis herhaalt zich. Nu ben ik het die zegt: Ruim je kamer nou eens op. Ok, laat ik wel eerlijk wezen, ik zeg het misschien ietsjes anders. ‘Sjongejonge… Jonge, WAT een bende. Ruim die zooi in je kamer op!’

Mijn 7-jarige hoort me aan en gaat een poging doen om de chaos te ordenen. Ze begint met een stapel papieren midden op de grond. ‘Oh, dat is een leuke tekening, die leg ik wel even op mijn bed’, hoor ik haar van een afstand denken. ‘Oh en op dat blaadje kan ik nog wel wat meer tekenen.’  En ze gaat driftig op zoek naar wat verdwaalde stiften die verspreid over de vloer liggen. Tijdens haar driftige zoektocht komt ze nog wat boekjes tegen die niet verplaatst worden naar de boekenplank, maar recht naar achteren worden gemikt.

Terwijl ik toevallig nog een keer langs haar kamertje loop, blèr ik het nog maar een keer. Deze keer wel alleen met de woorden: ‘Ruim je kamer op!’

Oh ja, dat is wat ze aan het doen was. Ja maar… Wat er nu van haar verwacht wordt, is een onmogelijke taak. Want hoe moet ze deze kamer nu opgeruimd krijgen? Al starend lukt het in ieder geval niet, is ze achter gekomen.

Vervolgens is het eten klaar, moeten we naar zwemles of is het simpelweg bedtijd. Er is altijd wel iets belangrijker dan het voortzetten van de opruimsessie. En zo blijft het een bende op de kamer.

Zoals ik al zei, de geschiedenis herhaalt zich. Toch heb ik van de geschiedenis geleerd. Het gaat namelijk niet gebeuren. Nu kan ik, zoals mijn moeder dat deed, toch zelf elke week die kamertjes op gaan ruimen. Òf ik schuif het speelgoed en de zooi opzij, zorg voor een brandveilig pad, zodat ze bij nood kunnen ontsnappen en ik vind het verder wel prima. Elke kamer heeft tenslotte een deur, en met de deuren dicht zien de kamertjes er heel netjes uit.


ruim je kamer op

Afbeelding: Shutterstock / pathdoc
Update: 2015/2023

drukke kind

Opkomen voor het drukke kind

Hij komt overal bovenuit. Hij staat meestal vooraan, of ergens aan de zijkant te springen. Hij is aanwezig, hij is ondernemend, hij valt op. Leerkrachten, andere moeders, familieleden, mensen in de de supermarkt, ze kijken hem met grote ogen en opgetrokken wenkbrauwen aan. Ze staan in de startblokken om een oordeel te vellen. Een oordeel over de opvoeding. Een oordeel over hem.

Hij is een druk kind. 

Lees meer

Eindelijk zomervakantie! Lekker relaxen…

Ja nu pas! We waren laat dit jaar. Man wat een lange laatste ruk tot de zomervakantie. Maar de gevonden voorwerpbakken zijn leeg, de nieuwsbrieven zijn afgehandeld, de klassen zijn schoon en de juffen zijn volslagen ontspoord.

De zomervakantie kan beginnen!

Zes weken ontspannen. Zes weken geen dwingende wekker. Zes weken wakker worden met blote zweetvoetjes in mijn rug. Zes weken waarin de kinderen lekker buiten kunnen spelen. Zes weken heerlijkheid. 

Lees meer
geduld verliezen

Geduld is een schone zaak! 9 tips wanneer geduld verliezen een dingetje is

Wanneer geduld verliezen een dingetje is… Nou ik kan je vertellen, dat is het! “Kalmte zal u redden”, zei mijn vader altijd. En de regel “geduld is een schone zaak” is er ook zo één die ik uit mijn kindertijd heb meegenomen. Mensen vinden mij vaak ook relaxt overkomen. Heel chill en geduldig. Maar in de praktijk gaat dat dus wel eens anders.

Geduld verliezen bij je kind

Beoordeel een boek nooit op zijn kaft, want al lijk is heel chill en geduldig, dat is toch een beetje schijn. Want wanneer voor de tachtigste keer die beker met appelsap omtieft, ik wéér onderuit ga over de schoenen die vóór de schoenenkast zijn neergegooid of wanneer ik moet aanschouwen hoe een sperzieboon wordt ontleed om deze vervolgens met muizenhapjes en acht bekers water op te ‘eten’, dan kan kalmte mij niet meer redden en verlies ik toch echt wel eens mijn geduld. En echt schoon ziet dat er niet uit.

Geduld verliezen bij je kind is verschrikkelijk. Schreeuwen, boze blikken, het gebeurt vaker dan ik eigenlijk zou willen. Soms word ik ’s morgens wakker met het voornemen om mijn geduld onder controle te houden.

Vandaag verlies ik het niet. Vandaag maak ik een dag die mijn kinderen zich mogen herinneren. 

Maar helaas, geduld verliezen zit in een klein hoekje. Maar wanneer het dan toch dreigt te gebeuren, heb ik hier een paar tips voor je. Tips om in je achterhoofd te houden, tips om je geduld niet te verliezen.

Tips om je geduld niet te verliezen

1. Gelijke behandeling

Behandel je kinderen zoals je de kinderen van je vrienden behandeld. Ga je tegen hen staan schreeuwen als ze hun schoenen laten slingeren? Waarschijnlijk niet. Ga je staan zuchten en puffen wanneer ze een beker omgooien? Nee, waarschijnlijk ook niet. Natuurlijk halen je eigen bloedjes het bloed veel sneller onder je nagels vandaan. En is je geduld verliezen bij je eigen kind veel waarschijnlijker. Maar waarom zou je je eigen vlees en bloed niet net zo eervol behandelen als de kinderen van een ander?

2. Slaaptekort

Zorg dat je niet vermoeid bent. – WHAHAHAHA! – Oké, wellicht een onhaalbare tip voor een jonge ouder, maar het werkt absoluut. Schreeuwen is vaak onmacht en wanneer je vermoeider bent, slaat de onmacht sneller toe.

3. Bron van geduld verliezen: nutteloze discussies

Voer geen nutteloze discussies en maak geen ruzie met je kind. Als je zelf al gefrustreerd bent, zullen zij ook gefrustreerd reageren. Wees duidelijk én eerlijk.

Oh ja, en nee is nee en blijft nee! Het zal je kind in zijn latere leven alleen maar voordelen geven.

4. Wees positief

Bekijk het leven van de zonnige kant, het scheelt een hele hoop frustratie en nare sfeertjes. Dondert die beker weer eens om? “Oh, pak maar een doekje en maak ook meteen alle stoelen even schoon.” En geef een complimentje over het schoonmaken, in plaats van commentaar te leveren over het omgooien van de beker.

geduld verliezen

5. Wees voorbereid

Wanneer je onvoorbereid werkzaamheden of activiteiten gaat uitvoeren, zullen de kinderen ongeduldig om je heen dartelen. En dat is natuurlijk hét recept van geduld verliezen.

Sta je op het punt om met z’n allen te vertrekken, zorg dat je gaat en niet nog twintig ‘dingetjes’ moet doen. Is het etenstijd? Zorg dat je weet wat je gaat eten en dat je alles in huis hebt, want we weten allemaal waar hongerige kinderen in kunnen veranderen…

6. Verlaat de situatie

Begint het van binnen bij je te borrelen, ga dan weg. Wees het verliezen van je geduld voor, door jezelf uit de situatie te halen. Ga op de trap zitten en zeg tegen je kind dat je een ’time-out’ nodig hebt. De kinderen zullen je nog gek aankijken ook.

7. Wees een voorbeeld

Want ja, dat is wat ze doen. Ze kijken naar jou en ze leren van jou. Op zich best een goede reden om dan ook het juiste voorbeeld te geven.

8. Ga na waarom je je geduld verliest

Meestal ligt het probleem ergens anders dan bij die omgevallen beker. Je bent moe, je hebt andere dingen aan je hoofd, je was al pissig omdat je een discussie had met je kerel, of wat dan ook. Als je je realiseert dat het alleen maar een onhandige handeling van je onschuldige kleintje is, zul je veel minder snel uit je slof schieten.

9. Fluisteren

En als het bovenstaande allemaal niet lukken wil, probeer dan te fluisteren in plaats van te schreeuwen. Komt vaak nog veel enger over ook.

Het klinkt allemaal zo simpel, waarom is het dan zo verrekte moeilijk!? Geduld verliezen bij je kind ligt altijd op de loer. Ze noemen het ouderschap, opvoeden. Prachtig op papier, maar échter in de werkelijkheid.


geduld verliezen bij kind

Afbeelding: Shutterstock

vriendschappen

Dramatische vriendschappen vol met regeltjes…

Vriendschappen, ik heb er in mijn leven een aantal gesloten. En als ik een vriendschap sluit, dan doe ik dat omdat ik je lief vind, of omdat je goed gezelschap bent, of gewoon omdat je mijn vriend(in) geworden bent. Soms gebeuren die dingen. Ik bedoel, ik ben niet zo moeilijk, zo een wijntje smaakt al snel goed.

Maar waar ik niet voor te paaien ben, is zo een dramatische vriendschap vol met regeltjes. Ingewikkelde, complexe, waarom app je niet meteen terug vriendschappen. Alsof ik het als moeder al niet ingewikkeld genoeg heb.

Voorwaarden voor vriendschappen

En dus bedacht ik een paar voorwaarden om vriendschap met mij te sluiten. Bevalt het je niet? Begin er dan maar niet aan, dan wordt het niks tussen ons. 

Lees meer

Een derde kind… Ja of nee?

Zal ik nog voor een derde kindje gaan of niet? Regelmatig krijg ik de vraag hoe het nou is om moeder te zijn van drie kinderen. Ik kan daar uren over lullen, negatief ‘Een derde? Zou je dat nou wel doen?’ dan denk ik nee, alleen die zwangerschap van een derde al. Maar ook positief. Ja echt. En die positieve kant zal ik vandaag eens belichten. Want een derde kleintje kan ik iedereen aanraden!

Voor we verder gaan… Laat ik even voorop stellen dat als je zeer content, gelukkig en compleet bent met twee kleintjes, je daar niets meer aan moet doen en lekker zo verder leven!

Een derde kind, wel of niet?

Maar ben jij die moeder die twijfelt, zich nog niet ‘compleet’ voelt of gewoon een beetje gek is en aan Google vraagt of je wel of niet voor een derde moet gaan? Lees dan gerust verder.

Hoewel ik denk dat als je aan Google vraagt of je een derde kind zou willen, je het antwoord allang weet. Maar dat terzijde.

De chaotisch hysterische wereld met drie kinderen

Over ruim een maand wordt mijn jongste vier jaar. Het waren vier chaotische jaren, hysterische jaren. Ze noemen het tropenjaren, hoewel ik bij de term tropenjaren altijd een beeld had van een zonnig relaxed wit strand met palmboompjes en hangmatjes, bleek de realiteit een stampvol strand bij Zandvoort aan zee met een donderbui op komst. Dat is wat ze bedoelen met tropenjaren, een beetje gek eigenlijk. Hoe dan ook, ik neem na drie kinderen afscheid van de tropenjaren.

Lees meer

Lieve dochters, wat jullie weten moeten

Afbeelding: Shutterstock

Er is al veel geschreven over jongens. Over zonen. Hoe het als moeder is om het andere geslacht te moeten opvoeden, iets bij te brengen en misschien zelfs adviezen te geven. En dat is niet altijd gemakkelijk, simpelweg omdat er gewoonweg weleens teveel rondslingerende piemels, scheten en ongecontroleerde karatebewegingen zijn.

Ze worden snel groot

Maar ik heb ook dochters. En, hoe cliché, ze worden veel te snel groot. Het liefst zou ik ze in een potje willen stoppen en veilig op een plankje willen zetten. Of aan hun staartje willen trekken en dat dan de tijd plots voor even bevriest. Bijvoorbeeld dat moment dat ze voor het eerst haar eigen popje een lepel in haar mond cq. neus duwt. Of het moment dat ze in haar ene hand een verlept bloemetje stevig vastknijpt en met haar andere hand haar elastiekjes uit haar haren trekt.

Sterke, zelfverzekerde en gelukkige vrouwen

Maar ja, de tijd gaat voorbij en ook dochters groeien door. Het liefst zie ik mijn dochters sterke, zelfverzekerde en gelukkige vrouwen worden. En het is moeilijk om te beseffen dat ik daar niet de volledige controle in zal hebben. Uiteindelijk zullen ze het zelf moeten doen. 

Lees meer

Moeder van een peuter en een baby

Ik ben gezegend met twee prachtige mensjes. Een meisje en een jongen die alles voor mij betekenen, ze zijn het beste wat me is overkomen, het mooiste wat ik ooit gemaakt heb. Ik kan me niet inbeelden hoe het zonder hen zou zijn en dat terwijl de jongste pas twee maandjes jong is.

Het is nu 3.00 ’s nachts en ik ben al een uur bezig om de baby koest te houden, zodat de oudste rustig slapen kan. Of eigenlijk dat ze niet ook wakker wordt, zoals gisteren. Dit is mijn leven nu. Overdag sleep ik mezelf voort met koffie en powernaps en de gedachte aan een lange nachtrust, want dat doorslapen moet toch een keer lukken? En ’s nachts, als iedereen slaapt behalve ik en mijn schreeuwerige en nooit verzadigde baby, denk ik na over de volgende dag, waar ik weer een aantal powernapjes inplannen kan.

Het leven met twee kinderen, twee jonge kinderen is zo anders dan dat ik me had voorgesteld. Natuurlijk had ik niet verwacht dat het alleen maar rozengeur en maneschijn zou zijn. Ik wist wel dat het hard werken was, maar zo hard werken… Nee, het valt me zwaar en dat is vervelend om toe te geven, want op hetzelfde moment weet ik dat het een wonder en een voorrecht is om moeder van deze twee kleintjes te zijn.  Lees meer