Ik heb geen uitzonderlijk bijzondere wereldburgers op de wereld gezet. Het zijn gewoon kinderen.

Laat ik voorop stellen dat ik mijn kleintjes, net als iedere moeder, de knapste, slimste en leukste kinderen van de hele wereld vind. Maar zijn ze bijzonder en uitzonderlijk? Neh.

Mijn kleintjes zijn gemiddeld. In alles. En ik vind dat prima.

Zoals ik al ongeveer zei, voor mij zijn ze heel bijzonder. Maar ze zijn niet uitzonderlijk in iets bijzonders.

Nee, ze zijn niet bijzonder getalenteerd. Ze zijn gemiddeld op school. Ze halen het niveau, maar moeten er wel wat voor doen. Ze kunnen lekker sporten, maar voor een koprol op een rekstok moet een aantal keer geoefend worden. Ze kunnen in mijn oren leuk zingen, maar ik kan mij voorstellen dat een buitenstaander liever heeft dat ze daarmee stoppen.

Ze halen niet uitzonderlijk snel hun zwemdiploma. Ze kunnen niet uitzonderlijk vroeg hun naam schrijven. Ze kunnen wel bijzonder veel herrie maken, maar ik weet dat meerdere kinderen dat kunnen. Zo uitzonderlijk is dat dus ook weer niet.

En hoe uitzonderlijk ik ze ook vind, ze doen gewoon mee met de middenmoot.

En ja, ik vind ze bijzonder grappig. Ik kan lachen om de simpelste grapjes die ze maken. Ik kan uren naar hun schoonheid kijken en me er vooral over verwonderen dat die wezentjes uit mij voortgekomen zijn. Hoe bijzonder!

En ik heb het gedacht hoor… Ik weet nog goed dat mijn eerste met twee maanden drie keer omrolde, van buik naar rug. Ik had een uitzonderlijk, bijzonder kind gebaard! Een motorisch genie. Uiteraard bleef het bij die ene keer en heeft ze vervolgens maanden op haar buik of rug gelegen, zonder enkele drang om om te rollen. Of toen mijn tweede met acht maanden achter een poppenwagentje aanliep. Hoe snel! Uiteindelijk bleek dat geen enkele versnelling te geven in het loslopen.

De eerste jaren van het ouderschap is een mijnenveld. Wie zegt er zijn eerste woordje? Wie loopt er als eerst? Wie is er als eerste zindelijk? Wie slaapt er als eerste door? Wie kunnen we alvast inschrijven voor de universiteit?

En ik zal niet liegen. Ik zou graag willen dat mijn kleintjes later gemakkelijk een HBO’tje halen. Maar ik ga ook steeds meer inzien dat ‘gelukkig zijn en plezier hebben in wat je doet’ veel, maar dan ook veel belangrijker is dan uitzonderlijk zijn.

Ik heb geen uitzonderlijk bijzondere wereldburgers op de wereld gezet. Het zijn gewoon kinderen. Maar deze kinderen maken mijn wereld wel uitzonderlijk bijzonder.

Beste moeder met driftige peuter in de supermarkt…

peuter schreeuwen

Ik zie je staan midden in het gangpad. Je probeert je schreeuwende peuter rustig te kalmeren en consequent blijf je zeggen dat je nu geen snoepjes gaat kopen omdat de snoeppot thuis al vol zit. Ook zie ik je rode hoofd en je geïrriteerde blik naar mensen die tegen je peuter beginnen te praten. Ik zie je ook naar mij kijken. Wanhopig en rollend met je ogen.

Ik zal het niet doen, iets wat ik pre-kinderen wel gedaan zou hebben. Je veroordelen. Ik zal niet denken dat je het fout doet, dat je het helemaal anders zou moeten doen. Ik vind het niet stom dat je je kleintje mee naar de supermarkt meegenomen hebt. Ik snap dat je niet onbeperkt bij Albert bestellen kunt, of dat je geen oppas thuis hebt zitten. Ik vind je ook geen slechte moeder die haar kleintje totaal niet onder controle heeft. Peutertjes zijn nu eenmaal niet programmeerbaar, hoe graag we dat soms ook zouden willen, zeker op een moment als dit.

Ik zal me er ook niet mee bemoeien. Het enige wat ik zal doen is je een troostende en begrijpende blik geven.

Maar toch vraag ik me wat af. Ik vraag me af of je ook gewoon even het huis uit wilde, ook al riskeerde je daarmee een driftbui. Gewoon omdat je de woorden ‘Ni Hao Kai Lan’ even niet meer kon aanhoren of omdat je van nog een potje memory met je peuter in coma zou raken. Want heb je ook zo slecht geslapen vannacht? Of eigenlijk de afgelopen 7 jaar, sinds de kleintjes je slaap kwamen verstoren. Ook al heb je er alles aan gedaan om die kleintjes elke nacht door te laten slapen, maar het lukt simpelweg niet.

Ik vraag me af wat je allemaal hebt meegemaakt? Misschien heb je ook wel een doodziek kind gehad? Een of meerdere miskramen. Misschien heb je heel veel verdriet te verwerken. Misschien ben je een moeder die het allemaal alleen moet doen.

Ik vraag me af of jij het moederschap af en toe, op momenten als deze ook zo verrekte lastig en moeilijk vindt. En of je jezelf ook afvraagt waar je aan begonnen bent. En je soms stiekem verlangt naar de tijd dat je nog geen kinderen had.

En toch is er één ding dat ik me niet afvraag, maar zeker weet. Ik weet zeker dat je van je kleintje houdt, dat je je kleintje voor geen goud wil missen en het zo weer over zou doen.

En voor nu? Voor nu is het ok dat je je kleine driftkikker oppakt en je boodschappenkar vol achterlaat.

Het scheelt mij weer langs de schappen te gaan.

Afbeelding: Shutterstock

Puberfeestje

disco tieners

Mijn dochter heeft een feestje, op school. En daar zit ik dan, half in te storten en intussen mezelf bezig, maar vooral wakker te houden. Aan mijn column schrijven en tussendoor 20 keer Facebook checken en ik speel een spelletje. Ik bezoek nog eens een blog site en lees wat, ik krijg en stuur wat appjes heen en weer en luister naar muziek. Nu wordt het toch wel heel erg laat, maar ik moet nog even wachten. In de regel kan ik mezelf prima vermaken, ik houd van de avond, ik ben tenslotte een avondmens. Maar ook ik word ergens moe. Mijn puber niet. Die gaat vol gas, althans op feestjes. Ik ook, maar ik zit nu thuis, wachtend op mijn feestvierende puber.

Zo rond half elf gaat de telefoon, een moeder van een pubervriendin die ook aan het feestvieren is, op diezelfde school. Ze vraagt hoe laat het feestje is afgelopen. Ik zeg, 12 uur, middernacht, dus we wachten nog even. Deze moeder heeft ook een puber, zij zit in de brugklas dus dit is de moeder haar eerste ervaring van een feestvierende puber. Welkom bij de club van de “wachtende en bezorgde” moeders. De moeder haalt hun op, dat is alweer een zorg minder.

Uitgaande van een schoolfeest denk ik aan mijn puber die alleen maar staat de dansen en te giechelen met vrienden en vriendinnen. Ze schenken daar geen alcohol en roken mag natuurlijk niet. Dus geen zorg, want dat doet mijn puber niet. Dat roept iedere ouder, dus ik ook.

Ik vraag mezelf af, wat ik deed toen ik 13 jaar was. Ik zat toen, net als dochterlief, ook in de 2e klas. Schoolfeestjes had ik niet, althans dat denk ik. Ik had wel feestjes, maar niet op school. Had mijn moeder dezelfde zorgen? Helaas, ik weet het antwoord al, mijn moeder had zorgen voor 10 moeders tegelijk, arme moeder.

Ik lees nog wat, het is bijna 12 uur, middernacht, het feestje is bijna voorbij dus dochterlief komt straks weer thuis. Ik heb mezelf al een aantal keer in mijn heerlijke bedje gewaand, maar ik houd nog even vol. Uiteindelijk om half 1 gaat de sleutel in het slot en komt er een doodvermoeide puberdochter binnen. Ha! Eindelijk, gezellig en vertel! “Mam, moet dat echt, ik ben moe ik ga naar bed”. En daar zit ik dan, achterblijvend op de bank, weer kipfit en puber ligt op bed.

Ik wacht met smart op het volgende feestje.

Liefs, Diana

 

Afbeelding: Shutterstock

Toen ik nog geen moeder was…

Ik weet het nog goed. Ik was een jaar of 22, ik liep over straat en daar liep een moeder ver voor haar kind uit. Een kind van een jaar of drie. Haar kind rende wanhopig achter haar aan. ‘Tillen’, riep ze. Maar moeder liep zonder te reageren klakkeloos door. Ik voelde een steek in mijn hart en wilde het kind het liefste optillen, een knuffel geven en zeggen ‘het komt wel goed schatje’. En die moeder? Ik kon het niet begrijpen, hoe kon ze haar kind nou zo negeren?

Zo ga ik het later niet doen, was wat ik dacht.

Ik herinner me ook nog dat fijne zomermiddagje op het terrasje in de zon. We waren heerlijk naar het strand geweest en aan het eind van de middag genoot ik met mijn vrienden van een drankje op het terras. Totdat daar een gezin naast ons kwam zitten. Een gezin met twee kleine kinderen. Die kinderen waren aan het blèren en constant ruzie aan het maken. Moeder gaf een snauw en vertelde de kinderen dat ze hen helemaal zat was. Ach, je zal het toch van je moeder horen, dat ze je helemaal zat is. Wat moet er dan van die kinderen terecht komen, wat zullen ze zich ongewenst voelen.

Dat ga ik later nooit zeggen, was wat ik dacht.

Of die ene keer dat ik van iemand hoorde dat hun kinderen (bijna) elke nacht in het bed van de ouders kropen. Nou, dat doe je toch niet! Kinderen horen in hun eigen bed en als ze een nachtmerrie hebben gehad, leg je ze gewoon weer terug. Als je het eenmaal één keer toelaat, kom je er nooit meer vanaf…

Mijn kinderen slapen later vanaf dag 1 in hun eigen bed, was wat ik dacht.

En ik zat ook een keer op verjaarsvisite. Daar was een kind, volledig door het dolle heen. Het kind luisterde voor geen meter naar zijn ouders. De ouders bleven maar waarschuwen en dreigen ‘Als je nu dit niet doet, dan krijg je dat niet’. Het kind kreeg alles voor elkaar. Totaal inconsequente ouders. Slecht hoor, dacht ik, zo verpest je toch je hele kind.

Later ben ik altijd, maar dan ook altijd consequent, was wat ik dacht.

Beste moeders, sorry daarvoor! Sorry voor mijn zelfvoldaanheid en onwetendheid.

Want beste moeder die haar kind negeerde, hier ben ik dan. Elke dag naar school lopend met een peuter op mijn arm. Maar soms ook niet. Soms staat ze krijsend op het schoolplein, omdat ik besloten heb dat ze zelf wel een keer naar huis kan lopen. En dan roept ze heel wanhopig ‘Mamaaaa, tilleeeeeen’. En ik loop door, in de hoop dat ze me achterna komt. Begrijpend, hoe je je kind voor even negeert.

En beste moeder van het terrasje, daar zit ik dan. Met mijn luidruchtige kleintjes op een terrasje. De een gooit z’n drinken om, de ander rent om alle tafeltjes en de derde blijft maar tetteren in mijn oor. Een wanhopige snauw komt er uit mijn mond en God, wat ben ik die kleintjes zat. Laat mij gewoon even genieten van mijn rose’tje in de zon.

Aan de ouders waarbij ik afkeurend mijn hoofd schudde toen ik hoorde over het samen slapen met de kinderen. Drie keer raden wiens bed nu elke nacht vol ligt. Want ja, als er eentje midden in de nacht begint te brullen, wil ik dat diegene zo snel mogelijk z’n klep weer dicht doet voordat de rest wakker wordt. Bovendien wil ik zelf ook helemaal niet wakker worden. De oplossing is toch echt verder slapen in mijn bed. Met het kleintje.

En als laatste, sorry beste ouders op het verjaarsfeestje. Consequent? Altijd inconsequent is ook best consequent. En als dat niet lukt, kan ik altijd nog chanteren.

Toen ik nog geen moeder was, wist ik het allemaal heel goed. En nu? Nu voel ik het allemaal heel goed.

Afbeelding: Shutterstock

Loedermoeder momentjes…

Ha! Sharon, van de site moeders.nu vroeg naar mijn loedermoeder momentjes… Mijn wat? Mijn loedermoeder momentjes? Ja, je weet wel, van die momentjes waar je tijdens het moederen voor eventjes de mist in gaat. Van die momentjes dat je je de slechtste moeder ooit voelt. Van die momentjes die iedere moeder heeft, maar iedere moeder ook over zwijgt.  Lees meer

Zindelijkheidstraining ala lik-me-vessie

Ik durf het bijna te zeggen. Wel zachtjes en niet te hard en ondertussen klop ik voor de zekerheid op een houten plank, maar… Mijn kleintjes zijn zindelijk! Alle drie. Stuk voor stuk. Mag je op zich wel verwachten van een 6-jarige en een kleuter. Maar nu heeft dus ook de peuter dit level bereikt.

No more luiers in da house!

Nou ja, ‘zo goed als’ dan. ’s Nachts doe ik er nog eentje bij haar om. Voor de zekerheid. Eigenlijk vooral omdat ik te lui ben om ’s nachts bedden te moeten verschonen. Maar overdag, echt chapeau voor mijn peutertje. Totdat ik het heel enthousiast aan iemand vertel. Dan piest ze uiteraard acuut haar broek en de vloer vol.

Zindelijkheidstraining? Daar doe ik niet aan. Alleen aan de zindelijkheidstraining á la lik-me-vessie Luie moeders, zijn gelukkigere moeders heb ik ooit ergens gelezen. Zulke uitspraken vergeet ik niet, daar kan ik mij helemaal in vinden. En bovendien, met een peuter die net zindelijk is de deur uitgaan, is vragen om ‘situaties waarbij ik mijn schoen bij opvreet’.

Samen met je peuter winkelen? Geheid dat ze midden in de Specsavers (je weet wel, waar ze brillen genoeg hebben, maar geen wc-brillen voor klanten) roept dat ze plassen moet. En wat voor antwoord krijg je van het personeel als je vraagt of je peuter even gebruik mag maken van het toilet? “Nee mevrouw, het toilet is niet voor klanten. U kunt 3 kilometer verderop naar het toilet in de HEMA.”

Ik krijg op zulke momenten de neiging om tegen mijn peuter te zeggen, plas maar in je broek en vervolgens de betreffende verkoper even erop te attenderen waar er gedweild moet worden.

En dat wil ik voorkomen.

Zindelijkheidstraining ala lik-me-vessie. Hoe gaat dat dan in zijn werk? Heel simpel. Zorg dat je de eerste vier jaar een budget hebt ingecalculeerd voor de luiers die aangeschaft moeten worden. Daar moet je verder ook niet over zeiken. Luiers verschonen is nou eenmaal heel goor en luiers zijn allemachtig duur, maar luie moeders vergeten regelmatig om hun kleintje te verschonen. En treffen aan het einde van de dag een gigantisch gevulde, maar vooral compleet benutte luier. Scheelt er toch weer zo een drie op een dag.

En dan komt er een dag dat je kleintje vindt dat het genoeg is. Weg met die luiers, ik ga plassen op de pot. In eerste instantie probeer je dat nog tegen te gaan, gewoon om ‘Specsavers’ situaties, zoals hierboven beschreven, te voorkomen. En bovendien weet je dat als je kleintje eenmaal ‘de wc’ ontdekt heeft, hij of zij ook werkelijk elk toilet op deze wereldbol een keer zal willen bekijken, wáár je ook bent.

Maar goed, je kleintje weet hoe hij zijn broek naar beneden moet trekken en ook de luier weet hij te ontgrendelen. Geen voorkomen meer aan. Je kleintje wil op het potje plassen. Meestal, als ze dit punt bereikt hebben, zijn ze er ook daadwerkelijk wel aan toe.

En wat blijkt? De zindelijkheidstraining á la lik-me-vessie werkt! Je kleintje heeft zichzelf zindelijk gemaakt en plast en poept alleen nog maar op zijn potje.

Behalve dan als je het heel enthousiast aan iemand vertelt….

Afbeelding: Shutterstock

De misère van zomertijd

zomertijd

Komend weekend is het weer zover, het is voorjaar dus de klok gaat een uur vooruit (dat is meteen een mooi ezelsbruggetje om de zomertijd te kunnen onthouden). We moeten de komende periode dus weer leven met een uur minder. Op zich niet zo een probleem zou je denken, door het hebben van kinderen mis je wel meerdere uren die zomaar opeens op zijn gegaan in het niets. Maar toch blijkt dat nieuwe ritme, elk half jaar weer, een helse klus om erin te krijgen.

Serieus ouders, ik zou nu maar alvast weer beginnen om je kinderen te laten wennen aan de wintertijd.

Want weet je hoe het, ondanks alle goed bedoelde adviezen, gaat? Je krijgt het advies om de kinderen een week voor de zomertijd ingaat, alvast een kwartiertje langer op te houden. Met als gevolg dat je elke avond een kwartier langer bij je kleintjes moet zitten, op hun ruggetje moet kriebelen of terug in bed moet leggen.

Nog zo een mooie; op de avond voor de klok vooruitgaat, je kleintjes tot zo laat mogelijk ophouden zodat ze de volgende dag zullen uitslapen. Yeah right! Hoe later mijn kleintjes naar bed gaan, hoe eerder ze wakker worden. Klaarwakker, mega fit, niet te temmen zo wakker. Maar dan donderen ze de volgende middag wel weer in slaap, want een beetje moe zijn ze tóch wel.

Dat middagdutje, dat laat je dan maar even, voor een klein uurtje, maar vastbesloten om ze na dat uurtje wel weer wakker te maken. Dat lukt natuurlijk NOOIT, simpelweg omdat je zelf ook even een powernappie nam. Van een uur of drie.

Kortom, houd je de komende weken aan het nieuwe bedtijd ritme! Dan komt alles weer goed. Of geef het gewoon maar meteen op, je kleintjes wilden toch al nooit naar bed op de tijden dat jij het zegt…

 

Afbeelding: Shutterstock

perfecte moeder

Beste perfecte moeder

Beste perfecte moeder die ik heel graag had willen zijn,

Je zult wel teleurgesteld zijn en misschien kijk je zelfs wel een beetje met afschuw naar mij. Moet je eens rondkijken, wat een puinhoop. Je dacht altijd dat mijn huis op orde zou blijven na het krijgen van kinderen. Een afgeleefd huis, NO WAY! Maar moet je nu zien. Overal speelgoed, koekkruimels, vette vingers op de tv en op de muur. De snippers, glitters en verfkwasten vliegen in het rond, terwijl de kleintjes aan tafel knutselen. En ondertussen staat er een ton (met een bergtop) schone was ernaast te wachten om opgevouwen te worden. Sorry.

En zie die keuken nou. Ik had mezelf beloofd om nooit naar bed te gaan, terwijl de vuile vaat nog op het aanrecht staat. Eh, je zult wel denken, hoeveel werk is dat nou, 5-10 minuutjes? Ja dat klopt en toch staat die vaat er regelmatig de volgende ochtend nog. Na het (soms helse karwei) naar bed brengen van die kleine mormels, heb ik het druk met andere dingen, zoals Netflix kijken.

Simpele ik

Tja perfecte moeder, dit lichaam is ook niet wat ik had gedacht na het krijgen van drie kinderen. En God, wat zou ik graag die buik zonder striemen hebben en zonder vetrollen. Maar ja, ik stop nou eenmaal stiekem af en toe een paasei in mijn mond zonder dat de kleintjes dat doorhebben. Althans, dat probeer ik, want die kleintjes hebben een neus als een grizzlybeer als het om paaseieren gaat. En dan nog maar te zwijgen over de kleding die ik draag. Nee, het is niet fashionable, het is praktisch en goed afneembaar. Sieraden? Daar wordt alleen maar aan getrokken. Hoge hakken? Die punt eindigt altijd op een klein kindervoetje (zo zielig). Nogmaals sorry, dit keer voor ‘mijn simpele ik’.

Want weet je, perfecte moeder die ik graag had willen zijn, dat geniale plan om de kleintjes gemoedelijk op te voeden zonder te straffen en te belonen, zonder hysterische driftbuien, zonder geschreeuw en zonder problemen in een spik en span huis, kwam niet echt van de grond. Het leven kwam tussendoor.

Perfecte moeder met je perfecte plaatje

En ik weet dat je je niet kunt voorstellen dat ik zo kan leven, maar het voelt een stuk beter dan hoe het eruit ziet. Ik weet nu dat het moederschap niet gaat om het perfecte plaatje, maar om de eigenwijze mensjes die heel veel rommel in mijn leven maken, die mij af en toe uitputten en zelfs compleet gek kunnen maken. Die mensjes, de liefde en vreugde die ze brengen laat in mijn ogen al het bovenstaande verdwijnen en zie ik alleen nog maar een perfect gezinnetje.

Take that! Perfecte moeder (die ik ooit heel graag had willen zijn)

Mama, ik haat je!

Op de dag dat je kindje geboren wordt, wordt er nog iets geboren. Namelijk een bal met allerlei gemixte gevoelens en nieuwe emoties. De ene keer rolt de bal lekker mee en de andere keer stuitert die bal alle kanten op en is er nauwelijks controle over te houden. Die bal bezit onder andere de emotie van intens geluk en onvoorwaardelijke liefde en de beschermingsdrang vergelijkbaar met die van een leeuwin. Maar er zit bijvoorbeeld ook ongeduld, ontploffingsgevaar en zware vermoeidheid in die bal.

Nu zijn er een heleboel methodes en opvoedmanieren om die bal lekker te laten rollen. Ik probeer mijn kleintjes op een liefdevolle manier te begeleiden en op te voeden, door bijvoorbeeld met ze te praten.. Echt waar, ik doe mijn uiterste best. Maar man! Wat is het irritant om met je kleintjes te proberen te praten, terwijl ze totaal niet luisteren.

En luister ik wel naar hen? Jazeker! Ik hoor dat je niet naar bed wilt, maar ja, ik kan jou niet laten spelen totdat je omtieft. Dus, naar bed, NU! Dan kom ik op het punt dat mijn kleintjes mij gaan negeren. Deze tactiek heb ik misschien zelf teveel toegepast? Ze kopiëren immers gedrag toch? Praten tegen een muur is het.

Zoals ik al zei, ik doe mijn uiterste best, maar dan komt daar die bal met één van die gevoelens aanrollen. Vermoeidheid. Ik heb hier gewoon geen zin in en ik kan het gezeur niet aanhoren. Please, ga gewoon naar bed en ga slapen…

Ik zou ze kunnen oppakken en mee naar boven sleuren, maar ze worden toch wat zwaar. Ik zou in mijn eigen bed kunnen gaan liggen en denken zoek het uit, maar dat maakt geen indruk. Of ik kan gaan dreigen met iets van ‘als je nu niet naar boven gaat, blijf je maar buitenstaan’. Dat maakt wel indruk. Iets teveel, want het geblèr begint meteen. In mijn achterhoofd weet ik, dit gaat helemaal mis. Zij zijn moe, ik ben moe. Min maal min is plus.

Elke stap gaat moeizaam. Pyjama aandoen? Alsof ze er überhaupt nog nooit van gehoord hebben. Tanden poetsen? Dan houdt je je kiezen stijf op elkaar. Je bed vinden? Alsof je de weg in huis volledig kwijt bent. En oh ja, nog even op de laptop is veel belangrijker dan op zoek naar dat bed.

Wat zou ik kunnen zeggen? Gelezen in een stappenplan van How2Talk2Kids. “Wat ik zie vind ik niet leuk.” en “Ik verwacht dat als mama vraagt of je in je bed wilt gaan liggen, je dan ook in je bed gaat liggen.” En dan “Je kunt nu in je bed gaan liggen zodat ik nog even bij je kan liggen.” En als ze dan nóg doorgaan… Een keuze geven. “Dit zijn je keuzes: of je blijft op de laptop, dan ga ik nu eerst je broertje naar bed brengen en dan heb ik geen tijd om nog bij je te liggen of je kiest om nu de laptop dicht te doen (die je eigenlijk überhaupt al niet open had moeten doen, maar dat terzijde) en dan kom ik even bij je liggen.” Blijft ze op de laptop? “Ik zie dat je hebt gekozen.” Met als resultaat dat zij zelf heeft gekozen in ik niet de verschrikkelijke moeder ben…

Wat doe ik? Ik pak die laptop weg en zeg dat die voorlopig niet meer opengaat. Zijn ze potverdikkie nou helemaal gek geworden. Ik heb toch nooit gezegd, ga op je laptop? Ik zei ga naar je bed!! Met als resultaat een hysterisch kind dat roept: Mama, ik haat je!

mama-is-stom

Ik kijk wel blij op het tekeningetje, dat dan weer wel…

Oef. Of dat binnenkomt? Absoluut! Of dat goed voelt? Absoluut niet. Maar het enige wat ik op kan brengen is ‘Prima! Doei.’ En ik pak mijn ‘bal’ en strompel naar beneden.

Morgen ga ik alles weer anders doen.