De verschrikkelijke moeder

Vandaag was ze er weer, die verschrikkelijke moeder. Die moeder die telkens weer pogingen doet om er te zijn voor haar kleintje, maar wie het simpelweg niet lukt om te geven wat ze diep van binnen zou willen geven.

Die moeder die begint te schreeuwen en de meest wanhopige en gekste dingen blèrt naar de lieve kleine oortjes van haar kleintje. Dingen die ze ooit had genoemd en zichzelf had beloofd om nooit te zeggen tegen haar eigen kleintje.

“Ik word knettergek van je. Als je dit niet doet, dan zet ik je buiten. Je zoekt maar een andere moeder.”

Die verschrikkelijke moeder, was ik.

En ik schaam me. Wat voelt dit klote.  Ik zou dit scenario zo graag terug willen draaien. Ongedaan willen maken. Maar helaas. Het is gebeurd.

Mijn dochter moet medicijnen slikken tegen haar epilepsie. Medicijnen in de vorm van een drankje. Dat drankje mogen we mixen door haar drinken zodat het wat makkelijker wegdrinkt. Tot op heden ging dat altijd redelijk goed. Totdat daar onlangs nog een drankje aan toegevoegd werd. Een drankje met een sterke, onaangename smaak. Een drankje wat mijn dochter niet drinken wil.

We zitten in een machtsstrijd waar we allebei niet in willen zitten. En het is geen strijd om eten, waarin je kunt onderhandelen of kunt denken, laat maar zitten, ze eet morgen wel weer. Nee, in deze strijd móét álles naar binnen, terwijl we het beiden diep van binnen niet willen. In deze strijd zou ik zo graag de macht aan een ander willen geven, want ik wíl hier helemaal geen macht in. Ik heb überhaupt een hekel aan het woord.

Controle verliezen. Een verschrikkelijke moeder worden. Ik haat het.

De kleine lettertjes: Moeders kunnen niet ziek zijn

Er is een onaangename gast hier in huis binnen gedrongen. Genaamd griep. Al een paar dagen heb ik koude rillingen en toen ik gisteravond mijn tanden aan het poetsen was, stond de 7-jarige plots achter mij met de mededeling dat ze moest ‘kotsen’. Wat heerlijk dat een 7-jarige dat netjes in het toilet doet! Het is al ranzig genoeg. Ondanks dat ik zelf ook bijna over mijn nek ga, probeer ik mezelf staande te houden.

Ergens in het boek der moederschap staat namelijk met kleine lettertjes geschreven:

Moeders kunnen niet ziek zijn.

Als (fulltime) moeder ben ik weleens strontjaloers op de man als hij ziek is. Hij stuurt zijn collega’s een berichtje dat hij niet komt en duikt zijn bed weer in (wat overigens ook volkomen terecht is), om ‘lekker’ uit te zieken. Voor een moeder is dat over het algemeen genomen een onhaalbare zaak. De kleintjes moeten ontbijten en naar school gebracht worden. De peuter wil aandacht en een avondmaal komt vrijwel nooit aangewaaid.

Nee het beste wat een moeder kan doen, is ontkennen. Blijven ontkennen. We weten allemaal dat het uiteindelijk onhaalbaar is, maar wat moet ik anders?

Want al zou ik even onder de wol duiken, dan komen de kleintjes om de vijf minuten vragen of ik me weer wat beter voel, ze willen namelijk wat te drinken. Ze zijn hun sokken weer eens kwijt. Of ze kunnen opeens een kunstje wat ik écht moet zien.

Daarbij, wie maakt er een lekker bouillonnetje voor me klaar?

Soms, heel soms wil ik zelf weer even kind zijn. Met een moeder die mij in de watten legt. Een appeltje voor me schilt, paracetamol voor me klaar legt, me instopt onder een dekentje en ondertussen de boel even draaiende houdt.

Maar ja… ergens in het boek der moederschap staat nou eenmaal met kleine lettertjes geschreven: moeders kunnen niet ziek zijn. 

Afbeelding: Shutterstock

Hier zeg ik geen nee tegen

Wij, moeders in het algemeen, zeggen vaak nee. Niet alleen tegen onze kinderen, maar ook tegen hulp. En vooral voor ongevraagde adviezen keren wij graag onze rug toe. We vinden dat we het allemaal zelf (moeten) kunnen en we willen ons vooral niet laten kennen. Eigenlijk is dat best jammer, want een beetje hulp hier en daar kan het leven een stuk soepeler en misschien ook wel leuker maken.

Vanaf nu ga ik, áls het me aangeboden wordt, tegen het volgende geen nee (meer) zeggen.

Ik zeg geen nee tegen iemand anders die de beslissing neemt. Het leven van een moeder bestaat 75% uit beslissingen nemen. Welke naam gaan we het kleintje geven? Blijven we werken? Gaan we thuis zitten? Heeft het honger? Heeft het een schone luier nodig? Welke kinderopvang? Welke school? Wat eten we vanavond? Mogen mijn kleintjes alleen buiten spelen? Mogen ze zonder jas buiten spelen? Mag mijn kleintje dat speeltje afpakken van dat andere kleintje? Mag mijn kleintje dat vervelende ventje een mep verkopen? Mag ze bij een vriendinnetje spelen? Mag ze op gitaarles? Of op blokfluit? Of op drummen? Vinden de buren dat leuk? Keuzes, keuzes, keuzes. Wil iemand anders aub af en toe even een beslissing nemen?

Ik zeg geen nee tegen iemand die aanbiedt om mijn kleintjes een middagje mee te nemen, gewoon zomaar, zodat ik even rustig Netflix kijken kan. Of iets anders waar ik zin in heb. In ieder geval niet het huishouden.

Ik zeg overigens ook geen nee tegen iemand die aanbiedt om even het huishouden te doen.

Ik zeg geen nee tegen iemand die aanbiedt om een poging te doen om een krijsende peuter even te kalmeren.

Ik zeg geen nee tegen iemand die ’s nachts de kleintjes weer terug naar hun eigen bed brengt. In dit geval is de enige aangewezen persoon die ik me voor deze taak bedenken kan, de man.

wijn drinken

Ik zeg geen nee tegen een wijnavond met mijn vriendinnen.

Ik zeg geen nee tegen een onbeperkt lange, warme douchebeurt. Zónder kinderen welteverstaan.

Ik zeg geen nee tegen warme koffie.

Ik zeg geen nee tegen iemand die de auto wil voltanken. Ik heb nu geen auto meer, maar man wat had ik daar toch altijd een hekel aan. Alsof het uren tijd in beslag nam.

En ik zeg geen nee tegen een ‘mute-knop’. Als er ooit iemand is die deze knop uitvindt, is diegene mijn held! Gewoon even voor 20 minuten die mute-knop indrukken, waarin iedereen even geen geluid kan produceren. Desnoods een freeze-knop, waar iedereen voor een uurtje, of twee even bevriest. Hoe fijn zou dat zijn! Never gonna happen.

Afbeelding wijn: Shutterstock

De oplossing is simpel

Kinderen lijken soms wel een beetje op mannen. Of zijn het de mannen die op kinderen lijken? Anyway, ze zijn oplossingsgericht. En eigenlijk is de oplossing altijd heel simpel.

oplossing vrouw

Mijn kleintjes zijn bijvoorbeeld gek op schilderen. Het begint heel netjes met een schortje en een kwastje. Een kloddertje hier, een kloddertje daar. Maar al snel worden de klodders met de handen op het papier gesmeten en dan gaat het weleens mis. Opeens zit er een klodder op de muur. Uiteraard ben ik daar als moeder niet blij mee, maar gelukkig heeft mijn kleintje een prima oplossing: ‘Dan verf je de hele muur toch effe blauw mama?’

Zo simpel is dat.

Of wanneer ze iemand spotten met autopech? Dat kunnen mijn kleintjes toch echt niet begrijpen. Want hoezo kan de auto niet meer rijden? Het is namelijk heel simpel om weg te rijden. ‘Gewoon je sleutel erin, bij je voeten zit zo een ding, daar moet je op trappen en dan gaat de auto vanzelf rijden…’

Zo simpel is dat.

Mijn kleintjes maken ook regelmatig, tot grote wanhoop van mij en de man wat kapot. Dat doen ze (meestal) niet expres, het gebeurt gewoon. Helaas zijn het meestal wel de dingen waarvan we ze liever heel houden. Het is nooit dat irritante speeltje waar die pokkeherrie uitkomt. Maar dat glas water gaat wel over de nieuwe MacBook. Of er gaat wéér iemand boven op de bril van papa zitten. Of het is de eReader die van net even te hoog naar beneden pleurt. En ook hiervoor is de oplossing van mijn kleintjes heel simpel: ‘Dan koop je toch een nieuwe?’

Zo simpel is dat.

En dan hebben we nog dat gevalletje dat mijn kleintjes aan het einde van de dag van narigheid niet meer weten wat ze met zichzelf aan moeten. Ze zijn moe zijn. Heel erg moe. Al gapend blèren ze de boel bij elkaar  ‘ik ben niet moe, ik ben niet moeeeee’. En verzinnen de gekste dingen om maar niet toe te geven aan hun moeheid. Ook ik ben op z’n tijd oplossingsgericht: ‘Naar bed!’

Zo simpel is dat niet.

Afbeelding: Shutterstock

Weet je nog? Ik ben je moeder!

Het ene moment staan ze tot in den treuren met twee armpjes omhoog wanhopig ‘TILLUHH’ te roepen, moet je ze helpen met aankleden, kont afvegen, huiswerk maken… Het volgende moment lijken ze compleet te zijn vergeten dat je überhaupt bestaat.

Dat is een onderdeel van het ouderschap. Maar ja, ook al zijn ze volop aan het studeren, het blijven toch je kleintjes…

Deze moeder wil wel heel graag dat haar studerende zoon zijn moeder nu toch een keertje opbelt. Komisch!

Moraal van het verhaal; Geniet er nu maar van!

Je zegt nu sorry! Of toch niet?

Kinderen maken weleens ruzie. Nou ja, ok, mijn kinderen maken weleens ruzie. Met elkaar, maar ook met andere kinderen. Soms wordt er heel onaardig gedaan en soms wordt er zelfs geduwd, geknepen of geslagen. Als ouder spring je daar altijd meteen tussen, want dat willen we natuurlijk echt niet hebben. En het eerst wat wij ouders doorgaans dan ook roepen is: “zeg nu sorry!”

Herkenbaar?

Maar waarom willen wij zo graag dat woordje zo snel mogelijk uit het bekkie van ons kleintje horen? Misschien voelt het voor ons als de juiste reactie. Wij vinden dat het niet door de beugel kan en vinden het verschrikkelijk om ons kind als agressieveling te zien. En dus moet er zo snel mogelijk zand over. Misschien vinden we dat we het juiste voorbeeld moeten geven, wat op zich natuurlijk helemaal geen gek idee is.

Ik roep maar wat.

In de praktijk weigeren mijn kleintjes meestal om meteen sorry te zeggen na een vurig gevecht. En belanden in een nieuwe strijd, de strijd om het ‘sorry’ zeggen. En soms roepen ze meteen ‘sorry’, maar menen er ondertussen geen snars van.

Wat heeft het voor nut om ‘sorry’ af te dwingen?

Creëren we daar niet alleen maar nog meer frustratie mee?

Stimuleren om sorry te zeggen zou wellicht beter zijn. Niet meteen ‘zeg sorry!’ blèren, maar achterhalen waarom er gevochten werd en dan je kleintje laten nadenken. “Hoe zou jij het vinden om een beuk in je buik te krijgen en wat zou je dan verwachten van de ander om het weer goed te maken?”

Als ze daar dan eenmaal rustig over na kunnen denken, realiseren ze zich dat het inderdaad niet zo geinig was, wat er zojuist gebeurde.

En soms komt daar dan alsnog een ‘sorry’. Soms ook niet. Dan realiseert hij waarschijnlijk dat hij gewoon echt te ver is gegaan.

Een perfecte moeder zijn is zó overschat

Een perfecte moeder, wat zouden we dat toch allemaal graag willen zijn. Maar de praktijk leert ons dat het maar voor een handje vol moeders is weggelegd. En dan nog, zijn die wel zo perfect als ze beweren? Maar dat terzijde, want ik heb goed nieuws! Een perfecte moeder zijn is zó overschat. Weet je waarom?

perfecte moeder

Kinderen hebben helemaal geen perfecte moeder nodig. Ze moeten weten dat het oké is om gewoon een mens te zijn. Een die fouten maakt, en excuses aanbiedt, van zijn fouten leert en weer doorgaat. Dat zal ze namelijk verder in het leven brengen dan een wereld vol perfectie. En bovendien, mensen houden niet van een perfect persoon, ze houden van wie je bent, met alle eigenschappen erop en eraan.

Daarnaast kost het zoveel energie om te voldoen aan een perfecte moeder zijn, die energie kun je beter steken in aandacht geven aan je kleintjes. Of gewoon gebruiken om zelf op adem te komen. Kinderen herinneren namelijk geen wonderschone woonkamer, ze herinneren het spelen en lol maken in die woonkamer.

Denk eens even terug aan je eigen kindertijd. Waar speelde jij het liefst? Bij dat vriendinnetje waar je niks mocht aanraken of daar waar overal speelgoed lag en waar je relaxt op de bank kon zitten.

Oh ja, en uiteindelijk is het feit: de perfecte moeder bestaat niet. Dus waarom iemand willen zijn, die toch niet bestaat?

Afbeelding perfecte moeder: Shutterstock 

Wat wil je later worden? Moeder!

Mijn dochter wil later van alles worden. Het begon ooit met prinses, al snel werd dat een K3 en tegenwoordig gaat het er wat serieuzer aan toe. Nu komen de beroepen als juf, dokter, kapper en jawel, moeder aan bod.

Ze wil dus moeder worden. Ik vraag mij wel af waarom. Blijkbaar denkt ze om de één of andere reden dat het leuk is. Ik zie het dan maar als een compliment.

moeder worden

Ik zal ook niet ontkennen dat het leuk is. Ik heb namelijk drie pareltjes van kleintjes, die mijn leven elke dag opfleuren. Maar volgens mij was zij de afgelopen zeven jaar toch ook getuige, ze nam er zelfs deel aan, van een chaos met drie kleine kindertjes die alles in de strijd gooien om de meeste aandacht van hun mama. Vechtpartijen om het roze bord bij het ontbijt, over wie er op het liftknopje mag drukken en om wat er op tv gekeken wordt.

Ze heeft me dagelijks horen schreeuwen om hun schoenen aan te trekken, omdat we anders te laat op school zouden komen. Ze heeft me tot tranen aan toe zien smeken dat er iemand naar mij moest luisteren. ‘WAAROM LUISTEREN JULLIE NIET!!!!’

En toch wil ze later een moeder worden.

Misschien moet ik haar informeren over de minder leuke kanten van het beroep, ook al is moeder zijn geen baan. Haar een realistisch beeld geven van het moederschap….

Om te beginnen zal ik haar een paar keer per nacht wakker blèren en haar dwingen om wat drinken voor mij te halen. En vervolgens zal ik haar rond een uur of 5.00 dwingen om beneden te blijven, bij mij, kijkend naar Dora, Nijntje, of iets anders waar ze compleet gek van wordt.

De rest van de dag? Waar ze gaat, zal ik haar volgen. Naar het toilet, naar de douche, als ze begint met haar huiswerk. En zodra ze een gesprek met iemand begint zal ik haar elke 14 seconde onderbreken met een zéér belangrijke mededeling, bijvoorbeeld dat ik zojuist een scheet liet. Of een boer.

Op het moment dat ze met haar vriendinnetje belt, of haar oma, is dat een uitstekend moment om te vragen hoe oud ze eigenlijk is. En waarom. Oh ja, dan vraag ik ook meteen even waarom de lucht blauw is en de zon geel. En of dat wel echt zo is? Of misschien heeft ze dat wel gewoon verzonnen. Wie heeft dat haar verteld dan? Van wie heeft ze dat geleerd.

Uiteindelijk ben ik gewoon niet tevreden met haar antwoord. Ik weet het zelf veel beter.

Terwijl we de auto instappen, veeg ik mijn snotneus af aan haar mouw. In de auto ga ik brullen, totdat ze mijn lievelingsliedje op de radio aanzet. Maar dan begin ik toch weer te huilen, want het is mijn lievelingsliedje niet meer…

Óf ik laat haar lekker in haar waan en vertel haar dat ik heel graag oma wil worden van haar kleintjes. Want eigenlijk ben ik er zeker van dat ze op een dag een geweldige moeder zal zijn!

Je moet niet boos worden

Ken je de film “Gremlins” uit de jaren 80 nog? Een man geeft zijn zoon een Mogwai, een lief klein beestje, cadeau. Mogwais mogen alleen geen water, geen eten na middernacht en geen fel licht. Als zijn zoon zich niet aan deze regels houdt, verandert het beestje in een verschrikkelijke Gremlin en breekt de hel los.

Jouw kinderen, je eigen vlees en bloed, je trots. Die lieve schattige kleine kinderen kunnen soms van het ene op het andere moment veranderen in verschrikkelijke Gremlins die precies weten op welk knopje ze moeten drukken om jou als een bom op scherp te zetten. Meestal is dat je eigen schuld, want je hebt je waarschijnlijk niet aan de belangrijkste regels gehouden. Dit zijn bijna dezelfde regels als voor Mogwais: Je moet ze geen cola geven, ze moeten op tijd naar bed (zeker vóór middernacht), en je moet ze niet aan al te veel heftige impulsen bloodstellen.

Maar goed, je hebt weer eens niet goed opgelet en je Gremlins hebben je weer eens tot het uiterste gedreven. Als je geluk hebt, laten ze je nu meteen ‘ontploffen’. Maar soms willen ze met je spelen, en laten je een eeuwigheid op het randje van waanzin balanceren. In teamverband drukken ze ombeurten steeds weer even op je knopjes, maar net niet zo hard dat je zal ontploffen. Toch is er geen ontkomen aan. Uiteindelijk plof je toch een keer, want als deze bom op scherp gezet is, valt hij met geen mogelijkheid meer te ontmantelen.

Maar… er is een eenvoudig trucje. Het ligt zo voor de hand dat je je af zal vragen waarom je er niet eerder aan gedacht hebt. Of misschien kende je het trucje al, maar was je het door de tijd heen weer vergeten. Je zal het misschien moeten oefenen, maar dan kun je het echt onder de knie krijgen. Halen je kinderen weer eens het bloed onder je nagels vandaan en kun je dit niet op een opvoedkundig goedgekeurde manier oplossen?

Denk hieraan: Word vooral niet boos, laat je niet op scherp zetten. Wat er ook gebeurt, blijf kalm!