Waarom ‘geniet er maar van, het gaat zo snel’ soms irritant is om te horen

Er zijn van die zinnen die je als ouder zo vaak hoort dat ze bijna een soort achtergrondmuziek worden. “Slaapt ze al door?” “Krijgt hij al tandjes?” Maar de absolute nummer één in het rijtje goedbedoelde clichés is toch wel: “Geniet er maar van, het gaat zo snel.”

Natuurlijk begrijp ik de intentie. Het is lief bedoeld, een soort zachte herinnering dat je later met weemoed zult terugkijken op deze hectische periode. Maar op het moment dat je voor de derde keer die nacht uit je bed wordt geroepen, met wallen tot je knieën en een peuter die in tranen weigert te slapen, klinkt die zin eerlijk gezegd vooral… irritant.

Alsof je even een knop kunt omzetten en ineens volop kunt ‘genieten’ van je peuter die een driftbui heeft omdat zijn sok niet goed zit. Alsof je fout bezig bent wanneer je het zwaar vindt, moe bent, of verlangt naar een avond zonder onderbroken nachtrust. Want genieten, dat is wat je nu zou moeten doen, het gaat immers zo snel.

En daar wringt het. Want door die opmerking lijkt er weinig ruimte over om te zeggen: “Ik vind het pittig. Ik ben moe, met alle gevolgen van dien. Ik heb er even geen zin in vandaag.” Terwijl dat óók mag horen bij het ouderschap. Het is niet alleen roze wolk, het is soms ook donderwolk.

Misschien zouden we die zin vaker kunnen vervangen door iets dat écht steun geeft. Bijvoorbeeld:

  • “Het is zwaar hè, je doet het goed.”
  • “Weet je, deze fase gaat voorbij, houd vol.”
  • Of gewoon: “Zal ik even een kop thee voor je maken?”

Want uiteindelijk weten we zelf heus wel dat de tijd snel gaat. Je hoeft er maar één oude foto bij te pakken om dat te voelen. Maar als ouder in het nu, vol in de luiers, snotneuzen en gebroken nachten, heb je soms meer aan erkenning dan aan een cliché.


Afbeelding: Shutterstock

Previous ArticleNext Article