Uit Mell’s kitchen: Draakjesvlees

Steeds vaker hoor ik de meest geweldige namen voor gerechten, die kinderen vaak niet zo graag lusten.. Pompoensoep wordt toversoep en spinazie stamppot met gehaktballetjes wordt een bordje spierballen. Als je zo’n gerecht dan ook nog een beetje opleukt met zelfgemaakte of gekochte croutons en een beetje geraspte kaas en ze mogen het eten met een lekkere soepstengel, tja dan gaat er ongemerkt toch weer een beetje groente in. Mijn methode toen ze nog klein waren, was alles stampen of pureren. Ze gruwelden hier zo van groenten, dat ik wel zorgde dat het niet als zodanig herkenbaar was, zoals veel extra groenten in de tomatensoep en worteltjes in de zoete smoothie. Lang leve de Kitchenaid en de staafmixer. ☺

De schijf van 5  schrijft ons 2 ons groenten en 2 stuks fruit voor, maar ja, wie lukt het om die best flinke hoeveelheid in zo’n klein lijfje te krijgen? Een leuke oplossing ligt in het verzinnen van gekke en grappige namen, het leuk aankleden, samen koken en pureren. Maak bijvoorbeeld van diverse groenten dunne reepjes en stop ze in een puntzak (A4’tje vouwen) alsof het frites zijn. Maak vervolgens een dipje van Griekse yoghurt en een handje rozijnen en gegarandeerd, ze eten het! Natuurlijk pakken ze dan die groente die ze wel lusten (vaak de wat meer neutrale en zoete groenten), maar hé, iets is beter dan niets! Of bak hartige poffertjes met geraspte courgette erdoor.

Vandaag kwam mijn dochter met een leuke naam voor mijn winterse suddervlees, dat ik nog steeds draadjesvlees noem, zoals mijn oma het noemde. Mijn ‘kleintje’ van 12 heeft de term draadjesvlees op de een of andere manier niet goed gehoord en noemt het dus stug ‘draakjesvlees’. Hilarisch! Nu is ze van jongs af aan al een klein draakje (en nu een puberdraakje), dus ja de naam klopt wel. ☺

En echt dit recept is zo lekker dat de kans groot is dat jouw kinderen het lekker opeten, met of zonder spruitjes, sperziebonen en dan misschien maar met stoofpeertjes en aardappelpuree.

Hier is het recept van het hier o zo geliefde ‘draakjesvlees’

Ingrediënten voor 4 personen:

draadjesvlees

– 600 gram sucadelappen of magere bieflappen

– Flinke klont margarine

– 1 ui

– 1 sneetje ontbijtkoek

– Eetlepel appelstroop

– Flinke scheut ketjap manis

– Flinke zwaai aan de pepermolen

– Snuf zout

– Paar blaadjes laurier

– Paar kruidnagels

– 1 blikje tomatenpuree

– Scheut rode wijn (alcohol verdampt, maar geeft wel een mooie volle smaak)

– 500 ml bouillon

Zet een grote braadpan op het vuur en doe de margarine (of olijfolie) erin. Als de boter gesmolten is/de olie goed heet is, braad je de sucadelappen aan beide kanten lekker aan. Daarna zet je het vuur op een laag pitje. Dan snijd je de ui in stukjes en doet deze bij het vlees. Roer het even door. Doe dan de tomatenpuree, rode wijn, bouillon, kruidnagels, laurier, appelstroop, ketjap manis, peper en zout erbij, even goed roeren. Breek de ontbijtkoek in kleine stukjes en doe deze erbij, weer even roeren. Het is de bedoeling dat het vlees onder de vloeistoffen blijft, het mag niet te droog worden!

Gaar het vlees in ongeveer 4 uur op een heel laag pitje en roer ieder half uur even door. Als het vlees draderig wordt en makkelijk uit elkaar valt is het klaar! Je hebt dan gelijk een heerlijke jus, die je ook makkelijk kunt bewaren voor bijvoorbeeld een stamppot andijvie!   

Dit vlees is heerlijk met appelmoes/stoofpeertjes, aardappelpuree en spruitjes of sperzieboontjes! Als jouw kleintje nog geniet van potjes, kun je het vlees, de aardappelpuree en de sperzieboontjes natuurlijk alsnog pureren eventueel met een beetje jus voor de smaak!

Eet smakelijk met jouw kleine of grotere draakjes ☺

Mijn gedachtes tijdens het koken

Een avondmaaltijd bereiden kost me ongeveer een half uur. Het eten voorbereiden, wassen, snijden, schillen. Het koken, zorgen dat de aardappels niet een half uur eerder klaar zijn dan de groente en (iets wat regelmatig de mist in gaat) zorgen dat het niet aanbrandt.

Een half uur dus. Een half uur de tijd om te denken waar de heck ik het allemaal voor doe, aangezien er uiteindelijk toch geen hap van gegeten wordt.

Tijd om te denken. En dit is wat er tijdens het koken door mijn hoofd gaat.

moeder kookt

– Ik ben zo klaar met het koken voor mensen die het toch niet naar binnen willen werken. Ongelooflijk dat ik dit minstens de komende 18 jaar nog moet doen.

– Wat zal het commentaar straks weer zijn? ‘Ik heb geen honger!’ ‘Ik lust dit niet!’ ‘Het is te warm!’ ‘Het is te koud’ ‘Het smaakt naar niks!’ ‘Het is te veeeeeel!’

– De hele dag vragen ze ‘wat eten we vanavond?’. Ik kan eigenlijk net zo goed ‘niks’ antwoorden. Dat is namelijk waar het meestal op uitdraait.

– Wat ben ik eigenlijk een ‘evil mom’ dat ik mijn kleintjes geen biologische groente voorschotel. Hoeveel gif en hormonen zullen er wel niet in deze troep zitten? Het kan niet goed voor ze zijn. Ach, what the heck, ze vreten het toch niet.

– *Telefoon gaat* Echt, wie bedenkt het om te bellen tussen 17.00-18.00?

– Nu ik m’n telefoon toch in m’n handen heb, even Facebook, Twitter en Instagram checken.

– F*ck, hoe kan het nou dat het vlees wéér aangebrand is? Gelukkig is het aan één kant, als ik die zwarte verkoolde rand naar onder leg, hebben ze niks door.

– F*ck, daar gaat het brandalarm weer…

– Morgen zet ik een zak brood, een pot pindakaas en een bordje ‘avondeten’ op tafel.

– Hoe verzinnen ze het om telkens te komen vragen om snoep of koek met de mededeling ‘ik heb hongeeeeeer’. Wat denken ze dat ik aan het doen ben? Een rebus oplossen?

– Hoe kan het dat ze zelfs tijdens het gedachteloos tv kijken nóg ruzie kunnen maken met elkaar?

– Nog even volhouden, nog even volhouden. Nog twee uurtjes en dan slapen ze.

– Wat zou het fijn zijn als iedereen straks lekker geniet van het eten en vertelt over wat ze hebben meegemaakt vandaag. Ja, ik fantaseer nog even verder.

– Piepiepiepiep, Piepiepiepiep. Daar gaan we dan…

 ‘Komen jullie eten?… Hallo? KOMEN JULLIE ETEN?’

Afbeelding moeder kookt: Shutterstock